De Chinese delegatie werd deze week voor de Verenigde Naties ondervraagd over China’s vermeende mensenrechtenschendingen tegen minderheden in Tibet, Hong Kong en de Oeigoerse autonome regio Xinjiang.
Terwijl verdedigers van China’s Oeigoerse minderheid buiten luid protesteerden, werd een delegatie van 40 Chinese gezanten ondervraagd door de VN-commissie voor economische, sociale en culturele rechten, die om de paar jaar de naleving van deze rechten in bijna alle VN-lidstaten controleert.
Tijdens de zes uur durende hoorzittingen op woensdag vroeg het VN-comité de Chinese delegatie naar de dwangarbeid in Xinjiang, de ongelijke toegang tot onderwijs en de culturele en taalrechten van de minderheden.
Ook werden vragen gesteld over berichten over de vernietiging van moskeeën en kloosters in Xinjiang en het doel van heropvoedingskampen die met prikkeldraad en bewakingscamera’s worden bewaakt.
De Chinese delegatie ontkende alle beschuldigingen van mensenrechtenschendingen en zei dat “de vrijheid van religieuze overtuiging in de autonome regio Xinjiang goed wordt beschermd”, aldus het transcript van de VN.

Een andere Chinese afgevaardigde beweerde dat de prikkeldraad en de bewakingscamera’s in de heropvoedingskampen in Xinjiang om veiligheidsredenen zijn aangebracht.
Thinlay Chukki, een vertegenwoordiger van het Tibet Bureau in Genève, zei dat China de beschuldigingen blijft ontkennen ondanks het feit dat de wijdverbreide schendingen van de mensenrechten “goed gedocumenteerd” zijn, volgens het Centraal Tibetaans Bestuur.
“Wij kijken uit naar de slotopmerkingen van de commissie en hopen dat China zijn beleid zal heroverwegen en ervoor zal zorgen dat Tibetanen, Oeigoeren, Zuid-Mongolen, Hongkongers en mensen in Macau echte universele mensenrechten krijgen,” aldus Chukki.
‘Misdaden tegen de mensheid’
De beschuldigingen van mensenrechtenschendingen volgden op de publicatie van een VN-rapport in augustus jongstleden, waarin de misstanden van de Chinese Communistische Partij (CCP) tegen Oeigoeren en andere etnische minderheden in de regio Xinjiang in detail werden beschreven.
In het VN-rapport werd vastgesteld dat de omvang en wreedheid van de detenties, door de CCP-autoriteiten omschreven als verplichte heropvoedingskampen of “centra voor onderwijs in beroepsvaardigheden”, waarschijnlijk een misdaad tegen de mensheid vormen.
“De omvang van de willekeurige en discriminerende detentie van leden van Oeigoerse en andere overwegend islamitische groepen … kan internationale misdaden vormen, in het bijzonder misdaden tegen de mensheid”, aldus het rapport.

Op basis van statistische analyses, satellietbeelden, CCP-documenten en 40 interviews met Oeigoeren en andere betrokken personen, stelt het rapport dat de campagne van de CCP in Xinjiang “onrechtmatige beperkingen oplegde aan culturele, taalkundige en religieuze identiteit en expressie; recht op privacy en beweging; reproductieve rechten; alsook met betrekking tot werkgelegenheid en arbeidsrechten”.
Het rapport stelde vast dat “10-20 procent van de volwassen etnische bevolking” in de regio tussen 2017 en 2018 aan een of andere vorm van detentie werd onderworpen. Velen werden volgens het rapport gemarteld door middel van slagen, elektrocutie, verhongering en slaaptekort.
Anderen werd verboden hun moedertaal te spreken, werden gedwongen alleen Mandarijn te spreken en “rode liederen” en andere communistische propaganda te reciteren.
In oktober vorig jaar ondertekenden zo’n 50 landen een gezamenlijke verklaring in de Algemene Vergadering van de VN waarin zij er bij China op aandrongen zijn verplichtingen op het gebied van de mensenrechten na te komen en degenen die “willekeurig van hun vrijheid zijn beroofd” in Xinjiang vrij te laten.
De landen—waaronder de Verenigde Staten, Japan, het Verenigd Koninkrijk, Australië, Duitsland en Israël—vormen de grootste groep landen die China’s voortdurende mensenrechtenschendingen publiekelijk veroordelen.
Andrew Thornebrooke en Associated Press hebben bijgedragen aan dit verslag.
Gepubliceerd door The Epoch Times (18 februari 2023): UN Committee Grills China Over Alleged Human Rights Abuses Against Uyghurs, Tibetans