Commentaar
De grote angst van de regering van de Chinese Communistische Partij (CCP) is dat zij hetzelfde lot beschoren zou kunnen zijn als de Sovjet-Unie. Dat bleek duidelijk uit het abrupte besluit om met het zero-COVID beleid in het land te stoppen.
Het onverbiddelijke beleid, dat bijna drie jaar lang maand na maand strikt was toegepast, was het persoonlijke besluit van de Chinese leider Xi Jinping, die het in ideologische termen omschreef.
Vorig jaar schreef Ma Xiaowei, hoofd van de Nationale Gezondheidscommissie, in de Study Times: “We moeten duidelijk stelling nemen tegen de huidige verkeerde ideeën zoals de zogenaamde ‘coëxistentie met het virus’ en de nul-COVID-strategie handhaven.”
De reden, aldus het hoofd van de gezondheidsautoriteit van het land, was dat hij weliswaar medische en wetenschappelijke deskundigen raadpleegde, maar dat “het Centraal Comité met Xi Jinping als spil” beslist, op basis van een “ideologisch begrip” of een “ideologisch probleem”.
Er was een “Xi Jinping-gedachte” over COVID, zei hij.
Er was geen verwarring over de kwestie. Xi paste zijn toewijding tot het marxisme toe.
Epidemieën worden volgens Marx en Engels veroorzaakt door het kapitalisme.
Een gevolg van deze ideologische analyse was dat het virus vanuit een kapitalistisch land in China moet zijn geïntroduceerd. Vandaar de ongefundeerde beweringen dat Amerikaanse deelnemers aan de Militaire Wereldspelen van 2019 in Wuhan verantwoordelijk waren.
Het was tevens een van de redenen waarom de CCP niet wilde instemmen met een onafhankelijk internationaal onderzoek naar de oorzaak van COVID.

Waarom dan de plotselinge verandering terwijl Xi herhaaldelijk de historische juistheid van het beleid van de CCP heeft verkondigd?
Het incident dat leidde tot nog meer ontevredenheid
De meest voor de hand liggende verklaring was de opstand in China tegen Xi’s zero-COVID lockdowns van miljoenen mensen. De vonk voor de protesten was een brand in een flatgebouw dat was dichtgetimmerd onder zero-COVID maatregelen in Urumqi, de hoofdstad van de meest westelijke provincie Xinjiang. Daarbij kwamen 44 mensen om het leven.
Het nieuws van deze tragische gebeurtenis verspreidde zich snel via de sociale media, wat leidde tot protesten in vele Chinese steden. Het hevigst was het in Shanghai, waar demonstranten zich verzamelden op Urumqi Road, waar veel appartementenblokken staan, om bloemen te leggen en de verwijdering te eisen van de barricades die tijdens de COVID-vergrendelingen rond woongebouwen waren aangebracht.
Deze protesten breidden zich uit naar andere steden. Studenten waren prominent aanwezig, maar ook veel gewone Chinezen demonstreerden tegen het harde beleid.

Duizenden arbeiders van de Foxconn iPhone-fabriek in Zhengzhou braken de barricades af en raakten in gevecht met de politie. De fabriek was gesloten gebleven om de COVID-maatregelen te omzeilen, waarbij de arbeiders geïsoleerd van de rest van het land leefden en werkten.
Sommige van de naar schatting 200.000 werknemers van de fabriek, de fabriek die de helft van de iPhone ter wereld produceert, liepen gewoon weg en keerden terug naar afgelegen steden en dorpen.
In Guangzhou ontsnapten demonstranten uit afgesloten gebouwen. In Wuhan, de bron van COVID-19, haalden bewoners enorme ijzeren hekken neer die waren geplaatst om straten af te sluiten.
Het feit dat Chinese ambtenaren aangaven dat ze hun harde beleid zouden aanpassen, versterkte de onrust terwijl de afsluitingen in het hele land escaleerden.
Protesten tegen de lockdowns vinden een nieuw doelwit
De protesten tegen het COVID-beleid veranderden snel in anti-Xi Jinping demonstraties. Ondanks strenge wetten tegen afwijkende meningen vonden de demonstranten nieuwe middelen uit om hun boodschap te verkondigen.
Blanco vellen wit papier, een traditioneel symbolisch protest tegen censuur, werden door veel mensen getoond. Het nieuws over het “A4-papierprotest” verspreidde zich, ondanks het feit dat Apple eerder was ingegaan op de eis van het regime om zijn AirDrop-app voor het delen van bestanden in China uit te schakelen.
Studenten van de Tsinghua Universiteit, een van de meest prestigieuze academies van het land, riepen op tot “vrijheid van meningsuiting, de rechtsstaat en democratie”.
Anderen nabij het Plein van de Hemelse Vrede riepen “wij willen universele waarden”, “wij willen geen dictatuur”, “wij willen geen persoonlijkheidscultus”. In Chengdu riepen mensen “het Chinese volk heeft geen keizers nodig” en “geen levenslange ambtstermijn”.
Elders klonken kreten als ” Xi treed af, communistische partij treed af ” en ” we hebben mensenrechten en menselijke vrijheid nodig “. Automobilisten toeterden ter ondersteuning van anderen die hun blanco witte vellen papier lieten zien. Ondanks de inspanningen van de regeringscensuur verspreidde het nieuws over deze gebeurtenissen zich over het hele land.
In het verleden is ook tegen andere zaken geprotesteerd geweest, onder meer tegen banken, maar deze demonstraties stelden het systeem zelf in vraag.
De CCP greep naar haar gebruikelijke tactiek: de politie sturen en “anti-Chinese buitenlandse krachten” de schuld geven van het aanwakkeren van de demonstraties en het uitlokken van een “kleurenrevolutie”, waarop sociale media vroegen of ze met “buitenlandse krachten” Marx en Engels bedoelden?

Interessant is dat de CCP sindsdien heeft proberen te beweren dat de abrupte beleidsombuiging een besluit was van het Centraal Comité van de CCP, voorgezeten door Xi Jinping, op 10 november. Dit was vóór de brand in Urumqi en de protesten bij de iPhone-fabriek in Zhengzhou.
Dit verhaal is echter in strijd met hun eerdere bewering dat het beleid op 7 november werd opgegeven.
Opmerkelijk genoeg werd dit verhaal ook tegengesproken door het verslag van de Chinese staatsmedia CCTV over de bijeenkomst van 10 november.
Een Engelse vertaling van het verslag van de vergadering bevat de eis dat “wij onze inspanningen voor de bestrijding van de epidemie moeten concentreren op de belangrijkste domeinen, meer vastberaden en doortastende maatregelen moeten nemen om het probleem aan te pakken, de verspreiding van de epidemie zo snel mogelijk moeten indammen en de normale productie en levensorde zo snel mogelijk moeten herstellen”.
De vergadering drong verder aan op het vasthouden aan “wetenschappelijke en precieze preventie en beheersing” – nauwelijks het opgeven van het zero-COVID-beleid dat de CCP nu beweert te hebben goedgekeurd.
De meest waarschijnlijke reden waarom Xi Jinping van het zero-COVID beleid afzag is dat de opkomende protesten het regime dreigden te ondermijnen.
Hij vreesde dat ze tot de ondergang van de CCP zouden leiden.
De meningen in dit artikel zijn de meningen van de auteur en komen niet noodzakelijk overeen met die van The Epoch Times.
Gepubliceerd door The Epoch Times (29 januari 2023): Undoing Zero-COVID Reveals the CCP’s Greatest Fear